Je vraagt je vast af tijdens de voorbereidingen: hoeveel stenen passen er in een vierkante meter en hoe reken ik dat uit met een voegdikte? Dat begrijpen we bij Steenstrips.nl heel goed. Er zijn namelijk heel veel verschillende soorten baksteenstrips.

Hieronder geven we een uitleg hoe het precies in zijn werk gaat zodat je niet overbodig of te weinig stenen besteld tijdens het aankoopproces! 

Overzicht veelvoorkomende baksteenformaten (mm)

Voegdikte — wat is normaal?

In de praktijk gebruiken metselaars vaak een rondom voegdikte tussen ongeveer 8–12 mm, en een veel gebruikte standaard is 10 mm. Voor ontwerp- en materiaalberekeningen wordt vaak met 10 mm gerekend (maar in sommige projecten zie je ook 12,5 mm bijvoorbeeld bij 16 lagen per meter).

Rekentool (praktisch en toepasbaar)

Notaties

• L = lengte van 1 steen (m)

• H = hoogte van 1 steen (m)

• v = voegdikte (m) — meestal 0,010 m voor 10 mm

• n = aantal stenen in lengte richting (aantal strekken)

• m = aantal lagen in hoogte (aantal lagen)

Let op: in tabellen en formules hieronder zet je eerst mm → meters: 1 mm = 0,001 m.

1) Totale lengte van een rij stenen (strekken)

Als je n stenen achter elkaar legt met tussen elke steen 1 voeg (n stenen hebben n−1 voegen):

L tot = n·L + (n − 1)·v

(Andere veelgebruikte vorm: L tot = n·(L + v) − v — is algebraïsch gelijk.)

Voorbeeld (Waalformaat L = 0,210 m, v = 0,010 m, n = 10):
L tot = 10·0,210 + 9·0,010 = 2,10 + 0,09 = 2,19 m.

2) Totale hoogte van m lagen (metsellagen)

H tot = m·H + (m − 1)·v = m·(H + v) − v

Voorbeeld (Waalformaat H = 0,050 m, v = 0,010 m, m = 16 lagen):
H tot = 16·0,050 + 15·0,010 = 0,80 + 0,15 = 0,95 m.

Een handige eigenschap: één metsellaag (steen + lintvoeg) = (H + v). Voor Waalformaat met 10 mm voeg = 50 + 10 = 60 mm per laag → 1000 / 60 ≈ 16,67 → ≈ 16 volledige lagen (reken altijd met afrondingsregels afhankelijk van overschotten/zaagwerk).

3) Aantal stenen per m² (stretcher / halfsteense buitenblad)

Formule (voor strokenverband):

Stenen per m² = 1 / ((L + v) * (H + v))

waar L, H, v in meters.

Voorbeeld Waalformaat + 10 mm voeg:
L = 0,210 m, H = 0,050 m, v = 0,010 m
stenen per m² = 1 / ((0,210+0,010)*(0,050+0,010)) = 1 / (0,220 * 0,060) ≈ 75,76 st/m².
In de praktijk gebruikt men vaak indicatief ±75 st/m² voor waalformaat bij 10 mm voegen.

4) Aantal stenen voor een muurvlak

Stenen nodig = Oppervlakte in m² × stenen per m² × (1 + snijverlies)

• snijverlies: kies b.v. 3–10% afhankelijk van veel zaagwerk/hoeken. Veel leveranciers/adviezen rekenen ca. 3% tot 5% voor gevelmetselwerk; KNB geeft voorbeelden met 3% hak-/breukverlies + extra specieverlies in mortelberekening. 

Voorbeeld: muur 10 m², waalformaat, 10 mm voeg, en 5% verlies:
stenen per m² ≈ 75,76 → stenen nodig ≈ 10 × 75,76 × 1,05 ≈ ~795 st.

5) Omrekenen van lagen per meter (handige check)

Lagen per meter = 1 / (H + v) (met H en v in meters)

Voor Waalformaat H=0,050 m en v=0,010 m → lagen per meter = 1 / 0,060 = 16,67 lagen per meter (in de praktijk rond je naar bruikbare hele lagen of specificeer eindafwerking).

Praktische tips

• Fabrikanten hanteren kleine afwijkingen in afmetingen; in bestekken en leveringsinfo staat altijd de gemiddelde maat + toleranties (CE-markering). Gebruik dus bij aanbestedingen/fijnrekenen óf de exacte maat van de leverancier óf spreek af met de metselschaar of aannemer.

• Kies voegdikte (8–12 mm) in overleg met esthetiek, isolatie/spleet en afwerkingswensen; dunne voegen geven een andere uitstraling en ander verbruik.

• Voor exacte materiaalberekeningen (mortel, ankers, spouwwerk e.d.) bestaan praktische tabellen bij fabrikanten en KNB/KNB-info-documenten; deze houden ook rekening met verband (halfsteens, steens, etc.) en verwerkingsverlies.

DOWNLOAD HIER GRATIS UITLEG IN PDF OM TE PRINTEN